Is echt karpervissen nog mogelijk? Die vraag werd onlangs hier gesteld en, na lang peinzen, denk ik in ieder geval een deel van het antwoord te weten. Wellicht kunnen jullie het aanvullen?
Er was iets met de vraag dat me dwars zat, iets verneukeratiefs, zeg maar. Ik kon er echter de vinger niet opleggen. Tot vanochtend! Het zit ‘m in het woordje ‘nog’! Door dat woord in een vraag te gebruiken wordt de vraag eigenlijk een beetje suggestief. Beter was het geweest als de vraag had geluid: ‘Is echt karpervissen mogelijk’?
‘Nog’ refereert in dit geval aan vroeger. Daarmee wordt de suggestie gewekt dat vroeger ‘echt karpervissen’ wel mogelijk was en dat nu nog maar de vraag is. Daarmee wordt de definitie van ‘echt karpervissen’, zoals bedoeld door de vragensteller, direct duidelijk. De enige juiste vraag luidt echter ‘Wat is echt karpervissen’? Hebben we die vraag beantwoord dan kunnen we het wagen om de originele vraag te beantwoorden.
Helaas zijn er op de vraag ‘Wat is echt karpervissen’? meerdere antwoorden mogelijk. Om er maar een clicheetje tussendoor te gooien ‘Zoveel mensen, zoveel meningen’. Immers, je bepaalt zelf of je echt aan het karpervissen bent. Simpeler dan dat kan ik het niet maken. De één voelt zich een echte man wanneer hij de ene na de andere veertiger een betaalput uittrekt. De volgende gaat met een halfponds-hengel de polder in en wordt wild van 10-ponds visjes.
Echt karpervissen. Bestaat het nog? Ik vermoed dat dit gaat over het pre-boilie-tijdperk. Voordat je in Lelystad een rodpod, twee hengels, twee piepers en een zak ballen kon kopen voor minder dan acht tientjes. Dat de karper weliswaar in ons water rondzwom maar nog redelijk mythisch was. Want niemand ving er eentje! En degene die er wel eentje ving en dat vooraf ook nog eens van plan was geweest werd nog net niet als een soort van halfgod beschouwd.
Dertig jaar geleden ging ik ook wel eens echt karpervissen. Met de pen. Zat ik me daar een avond te loeren naar een half onzichtbaar puntje. In het donker was het puntje er niet meer en diende de glimmende lijn als waker. Ik ving vis, soms zelfs een hele mooie. Maar ik werd scheel van al dat getuur, soms sloeg ik aan omdat ik zeker wist dat de pen verdwenen was. Maar dan was de dobber er gewon nog, alleen kon mijn netvlies zoveel monotone informatie niet langer aan.
Roggebrood met stroop, pieper op de haak. Het Grote Drumvisboek vertelde precies hoe je het best dat bintje op de haak kon bevestigen. Zonder dat-ie er afviel bij het ingooien en vooral met de haakpunt goed verborgen. De karper was toen immers nog een uiterst sluw wezen. Tegenwoordig weten we beter. Een karper is een varken. Maar dan zonder enige intelligentie. Als karpers echt zo slim waren vingen we toch nooit een papegaai?
Liever dan de manier waarop, denk ik dat we de vraag beter anders kunnen benaderen. Iedere Jan-Boerenlul kan tegenwoordig een karper vangen. Prima. En iedereen wil natuurlijk zo snel als mogelijk een dikke vis kunnen bijschrijven. En dus zitten we gezellie hutje-mutje aan de plas of de baan. Maar met zo’n bestand aan karpervissers gaan we uitwijken. De kans op een dikke moet wel aanwezig zijn maar enige rust is ook wel fijn. De winter biedt wat dat betreft opties alleen vang je meestal niet zo veel. En dus wijkt de ‘echte’ karpervisser uit naar plekken die andere mijden. Het is te ver sjouwen, de vis is te klein of gewoon helemaal niet aanwezig. Terug naar het begin, waar je als karpervisser nog als zonderling werd beschouwd. Terug naar de tijd dat karpervissen nog gewoon hengelen werd genoemd. Dat kan, het kost alleen teringveel moeite. En je vangt ook nog eens bar weinig.
‘Is echt karpervissen nog mogelijk?’, ‘Heeft echt karpervissen ooit bestaan?’, ‘Moet het echte karpervissen nog komen?’ Ik weet het allemaal niet. Wat ik wel weet dat gedane zaken geen keer nemen en dat mijmeren mooi is maar geen vis op de plank brengt. Dus wil ik de vraag helemaal niet beantwoorden. Ik ga gewoon door en laat straks op mijn grafsteen beitelen: ‘Hij was een echte visser, en af en toe ving-ie zelfs een karper’. Ik rust mijn zaak.
Niets aan te vullen.
BeantwoordenVerwijderengroet, een snoekvisser....waar overigens hetzelfde voor kan gelden
Gewoon doen waarvan je denkt dat je er gelukkiger van wordt. Geldt ook voor (karper)vissen... Rolo heeft de vraag mooi omzeild :)
BeantwoordenVerwijderenkarper vissen is karper vissen, zoveel is duidelijk, dank voor de klare taal.
BeantwoordenVerwijderenIk ga met het antwoord van Frank mee..........,
BeantwoordenVerwijderenHet gaat er natuurlijk om op welke manier karpervissen jou of mij de meeste voldoening brengt.Als je diep in je slaap word gewekt,omdat een "43 ponder" zich heeft vergist en dat netjes meld is toch iets anders dan een karper 30 cm voor je voeten aan te slaan met de pen.
BeantwoordenVerwijderenEen echte karpervisser 'leeft' (meestal, mag ik hopen) op het droge als een karper.
BeantwoordenVerwijderenDat is het mooie van een 'beetje vissen' alles kan en mag en ook noch eens naar eigen vermogen en inz(et)icht.Niets meer en niets minder.
BeantwoordenVerwijderenIk blank en geniet ook gewoon lekker verder.
Noch nooit zo scherp gevist overigens!
hallo rolf,
BeantwoordenVerwijderenwordt er nog nat gevleesd of hoe zit ut....
we worden een beetje ongeduldig....
groet,patrick
Yo Patrick, er wordt zeker genatvleesd... ;) vang alleen weinig en om iedere keer te janken over een blank schiet ook niet op.... Gister is er echter wel een beuker geklatst op het winterwater, check Boustails maar vanavond... Ondertussen zit ik nu ook te vissen, sinds 8 uur en tot een uur of 14. Ben benieuwd!!!!!!
BeantwoordenVerwijderen